Historie van de kerk

Geschiedenis van de kerk

Over de stichtingsgeschiedenis van de Stefanuskerk is niets bekend. De eerste vermelding komen we tegen in de kroniek van Wittewierum. Naar alle waarschijnlijkheid stamt de oorspronkelijk romaanse kerk – een zaalkerk met één schip en afgesloten met een inspringend, halfrond koor – uit de late 11e eeuw. De kerk werd opgetrokken in tufsteen, met enkele kleine, hoge rondboogvensters en ingangen in de noord- en zuidmuur.

In de late 13e eeuw werd de kerk ingrijpend verbouwd; op de romaanse schipresten werd een hoog laatromaans schip gebouwd, met per travee een smal spitsboograam, geflankeerd door twee blinde nissen in dezelfde maat. Aan het begin van de 14e eeuw werd daar nog een gotisch dwarsschip en veelhoekig gesloten koor met steunberen aan toegevoegd. Hierdoor ontstond de vorm van een Latijns kruis. De Holwierder kerk is een van de weinige kerken waar het – laatgotische – oksaal (1560) intact is gebleven. In 1834 was de kerk er zo slecht aan toe dat de gewelven van het schip werden vervangen door een houten balkenplafond, terwijl andere elementen extra gestut moesten worden. Helaas zette het verval door, en werd in 1896 het muurwerk verlaagd, de oude kap afgebroken en vervangen, en de topgevels van het dwarsschip afgebroken en vervangen door dakschilden. In de jaren 1945-’50 volgde een grondige restauratie, mede om oorlogsschade te herstellen.

De losstaande toren, die in 1836 gedeeltelijk instortte, werd in 1855 gesloopt, waarna er een dakruiter werd geplaatst. De gemetselde bakstenen spits was al in 1807 vervangen door een houten exemplaar. Deze toren was een van de drie ‘juffertorens’. De naam kan te maken hebben met een lange dennenstam, ook juffer genoemd, die spits toeloopt en daarom als naam aan de toren werd gegeven. Maar ook een legende biedt uitleg; drie rijke, losbandige juffers kwamen tot inkeer en beloofden dat waar ze ook terecht zouden komen, ze daar een toren zouden bouwen ter ere van God. Dit zou drie torens hebben opgeleverd in Onstwedde, Schildwolde en Holwierde.

Bijzonder en zeldzaam in deze regio, zijn de sarcofaagdeksels, vooral die tegen de zuidmuur met twee figuren. De deksels stammen uit de 12e eeuw. Op het koepelgewelf en muren zijn bij de laatste restauratie restanten van drie schilderlagen uit verschillende tijden zichtbaar geworden. De oudste is een decoratieve laag, de tweede laag bestaat uit twee symbolische voorstellingen met onder andere de vier evangelisten, de jongste laag is een beschildering met bloemmotieven. Op de zuidwand zijn resten van een jachttafereel gevonden, op de noordmuur de figuur van de heilige Sebastiaan.